De coronaperiode van 16 maart tot 1 juni 2020 wordt als het ware uit het kalenderjaar 2020 getild en als een aparte meetperiode gezien. Als er op 31 mei sprake was van nog openstaande min-uren als gevolg van de keuze van Envida om de zorgverlening tijdelijk af te bouwen, dan worden deze min-uren kwijtgescholden.
Kwijtschelding is niet aan de orde als de teamleider heeft vastgesteld dat de min-uren zijn ontstaan op verzoek of initiatief van de medewerker zelf. Bijvoorbeeld omdat hij/zij in die periode vakantie heeft gevierd en daarvoor op eigen verzoek geen verlofuren heeft ingezet, maar meer-uren heeft gebruikt als compensatie. Het is aan de teamleider om bij een dergelijke kwestie eerst advies in te winnen bij de HR adviseur, zodat er geen onduidelijkheid ontstaat over de vraag of verlofuren wel of niet op eigen verzoek zijn opgenomen.
Plus-uren
Eventuele plusuren aan het eind van de coronaperiode vanaf 16 maart tot 1 juni gaan gewoon mee in de verrekening van de plus- en min-uren aan het einde van het kalenderjaar 2020. Ook de vóór 16 maart opgebouwde plusuren blijven overeind en gaan mee in de verrekening van de plus- en min-uren aan het einde van het kalenderjaar 2020.
REKENVOORBEELD
Een medewerker heeft op 15 maart 100 plus-uren. De volgende dag worden we geconfronteerd met corona. Envida besluit om de zorgverlening tijdelijk af te bouwen. Met als gevolg dat de medewerker aan het einde van de corona-periode (1 juni) 50 min-uren heeft opgebouwd. Wat gebeurt er dan?
Antwoord: De van 1 januari t/m 15 maart opgebouwde plus-uren blijven staan en worden overgeheveld naar de periode die start op 1 juni en eindigt op 31 december. De coronaperiode 16 maart tot 1 juni zien we als een aparte periode. De over deze periode opgebouwde 50 min-uren worden kwijtgescholden.
Bovenstaande beleidslijn geldt voor alle medewerkers van zowel verpleegzorg, wijkzorg als HH.