Stel een vraag
Hoe kunnen wij u helpen?

Interview met bestuursvoorzitters CZ en Envida

Interview met bestuursvoorzitters CZ en Envida

In het magazine Nummer 1, dat de afgelopen week verscheen, staat een interview met de bestuursvoorzitters van CZ en Envida. Centraal staat de betaalbaarheid van de zorg in de toekomst.
 

Is zorg in de nabije toekomst alleen nog gegarandeerd voor mensen met geld? En ontstaat zo een tweedeling in de zorg? Die vragen klonken toen zorgverzekeraar CZ onlangs de basispremie met 3,75 euro verhoogde en bestuursvoorzitter Joep de Groot liet weten dat de “zorggrens bereikt” is. Nu, enkele weken later, benadrukt diezelfde Joep de Groot in een gesprek met bestuursvoorzitter Roger Ruijters van de Zuid-Limburgse zorgorganisatie Envida dat “iedereen geholpen moet worden”. Zo denkt ook Ruijters er over. Maar, klinkt het eensgezind, wel op een andere manier dan nu. “Want we zitten op een weg die het verkeer niet meer aankan, waar het elke dag file is.”  

Envida is al volop bezig met het inslaan van nieuwe wegen. Het is ook niet toevallig dat De Groot en Ruijters samen aan tafel schuiven voor een gesprek in het Tilburgse hoofdkantoor van CZ. “Envida is”, ze stelt Joep de Groot, “een hele innovatieve organisatie en een van de koplopers in de ouderenzorg. Niet alle zorgorganisaties zijn zo ver; wat we bij Envida leren, kunnen we in de toekomst bij andere organisaties implementeren.” Vernieuwing is hard nodig, stelt De Groot, die graag nog eens enkele argumenten toelicht. “We geven nu al meer dan 100 miljard uit aan zorg en daarmee verdringt de zorg innovatie op andere terreinen, zoals het onderwijs. Bovendien werkt nu al één op de zes werknemers in de zorg. Als we met de bestaande werkwijze de stijgende zorgvraag willen opvangen, moeten we naar één op de vier werknemers. Dat gaat niet lukken. Het moet anders en daarin spreken we elkaar onvoldoende aan.” 

URGENTIE 

Vandaar dat hij laatst nog eens zo nadrukkelijk op tafel legde dat de zorggrens is bereikt. Nee, die boodschap is niet nieuw, maar de urgentie is groot. Daarom is hij blij dat zorgorganisaties zoals Envida al volop bezig zijn met het anders inrichten van de zorg en de inzet van nieuwe technologie en digitalisering. Dat gebeurt op verschillende manieren, vertelt Ruijters. “Nog niet zo lang geleden had je twee smaken, thuiszorg en verpleeghuiszorg. Wij willen toegroeien naar een veelheid aan smaken, ook omdat de samenleving verandert. Mensen willen graag de regie houden over hun eigen leven en dat vraagt om andere oplossingen. Zo hebben inmiddels vierhonderd mensen in onze regio het Volledig Pakket Thuis.” Met een VPT kunnen mensen thuis alle denkbare verpleeghuiszorg krijgen en ontstaat wat ze bij Envida het ‘kleinste verpleeghuis achter je voordeur’ noemen.  

HYBRIDE VORMEN 

“Hierin zoeken we naar hybride vormen. Zo zijn er mensen met een VPT die afwisselend drie dagen in het verpleeghuis wonen en vier dagen thuis. Technologie maakt het vaak mogelijk dat mensen langer thuis kunnen blijven wonen. En de voordelen daarvan zijn groot.” Door (deels) thuis te blijven wonen, zijn mensen in staat om dezelfde dingen te blijven doen die ze voorheen ook deden. En op dagen dat iemand in het verpleeghuis verblijft, kan de mantelzorger even tot rust komen, zodat die het veel langer volhoudt. “Met deze hybride woonvormen kunnen we ook méér mensen helpen. Bovendien is niets zo ontwrichtend als een volledige verhuizing naar het verpleeghuis, zeker voor mensen met dementie. Met technologie, digitalisering en hybride oplossingen kun je zo’n volledige verhuizing vaak uitstellen of voorkomen. Het is echt persoonsvolgende zorg.” Overigens zal het verpleeghuis de komende decennia niet verdwijnen, zegt Ruiters. Wel zal een definitieve opname steeds later in het traject volgen en de opnameduur korter worden.   

REGELS LOSLATEN    

Volgens Ruijters is verder veel winst te behalen door regels los te laten die de zorg zichzelf vaak - “zo’n tachtig procent” - heeft opgelegd. Daarbij wil hij niet “wachten op Den Haag”, maar “gewoon beginnen”. Een voorbeeld? Een dochter mag haar moeder helpen bij het aan- en uittrekken van steunkousen, in de thuiszorg heb je daar als medewerker niveau drie voor nodig. Wat Ruijters daarmee wil zeggen is dat verschillende zorgtaken niet altijd door mensen met een diploma uitgevoerd hoeven te worden. De inzet van semi-professionals zal onder het mom van ‘bekwaam is bevoegd’ toenemen. “Daarin zullen wij als CZ naast Envida gaan staan”, zegt Joep de Groot, die het belangrijk vindt dat zorgorganisaties anders tegen professionaliteit gaan aankijken. “Je hebt echt niet overal een diploma voor nodig”, zegt hij. Ruijters knikt: “In de coronaperiode hebben we geleerd dat nieuwe uitdagingen tot nieuwe oplossingen leiden. En dat in veel mensen een zorgmens schuilt.”  

POSITIEVE GEZONDHEID 

Ruijters vindt het goed dat De Groot zijn opvattingen deelt en het nieuws haalde met zijn uitspraak dat de zorggrens bereikt is. “Daarmee help jij onze medewerkers in de wijkverpleging die met cliënten het goede intakegesprek moeten voeren. Ze gaan daarbij nu al standaard in op positieve gezondheid en de vraag wat mensen zelf nog kunnen en willen. Zij weten dat de vraag groter is dan het aanbod. Het is belangrijk dat mensen zelf hun verantwoordelijkheid nemen, in plaats van alleen zorg te claimen.” De Groot noemt de inzet van positieve gezondheid een goede ontwikkeling. “Zo draait het niet meer om de vraag hoeveel zorg mensen kunnen krijgen, maar wat voor hen belangrijk is om te doen. En dan kun je ook kijken naar welke slimme hulpmiddelen je kunt inzetten.” 

ANDERE BRIL 

Beiden benadrukken tot slot hoe belangrijk het is om met een andere bril naar zorgvragen te kijken, omdat lang niet elke zorgvraag een zorgoplossing vereist. Zo veroorzaken veel sociale problemen regelmatig gezondheidsproblemen, zegt De Groot. “En daar moeten we veel meer naar kijken. Wie veel stress ervaart door schulden, kan daar ziek van worden. Zorg is dan niet de oplossing, hulp bij het oplossen van die schulden is dat wel. En als je gezondheidsproblemen door eenzaamheid wilt oplossen, helpt het om mensen bij elkaar in de buurt te laten wonen, zoals Envida nastreeft. Want met dagbesteding alleen red je het niet.” De toename van het aantal mensen met dementie vraagt bovendien om een maatschappij die dementievriendelijker wordt, vindt De Groot. “Dat we met z’n allen wat zorgzamer worden en in de buurt wat meer voor elkaar zorgen. Mijn stelling is: als je het sociale leven centraal stelt, kan iedereen fijner leven. En dat is goed voor ieders gezondheid.” 

Tekst Karin Burhenne  - Foto Vincent van den Hoogen  

DEEL DEZE PAGINA OP