’Mountainbiken, windsurfen, snowboarden, die sporten heb ik gedaan om buiten in beweging te zijn en fit te blijven. Ik kan gewoon moeilijk nietsdoen, dat zit nu eenmaal in me. Als ik niet sport, ben ik vaak aan het klussen. Bovendien ben ik redelijk fanatiek. Zo fanatiek zelfs dat ik twintig jaar geleden in het ziekenhuis het volgende te horen kreeg: ’Als je zo door blijft gaan, zijn je knieën over twee jaar versleten. Het is dan zelfs reëel dat je in een rolstoel terechtkomt. Ik heb toen diverse behandelingen gevolgd, maar dat had weinig resultaat. Uiteindelijk ben ik gestopt met windsurfen en snowboarden.’
DOOR HET WATER JAKKEREN
’Toch ben ik blijven sporten. Ik ben gaan zwemmen. Dan gebruik je al je spieren zonder het risico te lopen dat je die overbelast. Dat was nog een hele uitdaging, want het duurde een hele tijd voordat ik de crawlslag technisch zo goed beheerste dat ik een half uur aan een stuk door het water kon jakkeren. Na verloop van tijd ben ik op uitnodiging van een vriend weer gaan windsurfen. Ook doe ik weer aan snowboarden, maar nu met mate. Daarnaast ben ik altijd blijven fietsen. Vroeger trapte ik een zwaar verzet, tegenwoordig trap ik vrij licht.’
TRAPONDERSTEUNING
’Begin 2015 heb ik voor het woon-werkverkeer een elektrische fiets gekocht. Om precies te zijn: een high speed e-bike, want vanwege de reisafstand en mijn knieën heb ik gekozen voor trapondersteuning. Vóór die tijd pakte ik wel eens de gewone fiets om vanuit mijn woonplaats Klimmen naar mijn werk in Maastricht te gaan. Die reisafstand is echter te groot om zonder te transpireren op het werk te komen. Naast de fiets gebruik ik voor het woon-werkverkeer af en toe de auto. Dat heeft geen gevolgen voor mijn reistijd. Met de auto of de fiets: binnen een half uur tot drie kwartier arriveer ik bij het Elisabethhuis in de Abtstraat.’