Is hij niet aan het klussen in een woning van een van zijn drie kinderen, dan is hij wel aan het werk in zijn tuin van ruim tweeduizend (!) vierkante meter. Het oppassen op negen kleinkinderen (niet allemaal tegelijk natuurlijk) hoort ook bij de weektaken van hem en zijn vrouw Mieke. En dan is er ook nog zijn muziek, waar hij dagelijks mee bezig is. Tegenwoordig als hobbyist, voor zijn pensionering beroepsmatig. ‘Ik was musicus. Gedurende 45 jaar heb ik van alles op het gebied van muziek gedaan. Heb onder andere 40 jaar als alt violist deel uitgemaakt van het Limburgs Symfonie Orkest (LSO), waar destijds ook Andre Rieu in zat. Verder heb ik zeven kinderenkoren onder mijn hoede gehad als dirigent en was ik 10 jaar muziekdocent bij de Muziekschool Kumulus. Muziek is mijn lust en mijn leven. Weet je dat muziek je jong houdt?’
Handenarbeid
Even over die enorme tuin. Neemt het onderhoud ervan niet ontzettend veel tijd in beslag? ‘Absoluut’, zegt Guus, ‘maar ik vind het heerlijk om in de tuin te werken. En weet je, ik doe alles handmatig. Ja, ook het snoeien van de tientallen meters lange ligusterhaag om de tuin. Ik moet niets hebben van dat kabaal van machinaal gereedschap. Bovendien –en dat vind ik nog het belangrijkste- wil ik mijn spieren soepel houden.’
Als het ook maar even kan, laat hij zijn auto staan. Hij neemt liever de fiets. ‘Dan trap ik steevast in de laagste (de lichtste) versnelling, zodat ik veel pedaalomwentelingen maak.’
Boerderij
Terug naar de tuin, waar Guus alle soorten groente en fruit teelt. ‘Terwijl mijn werkzaamheden zich hoofdzakelijk in de tuin afspelen, heeft Mieke een flinke klus als ik weer een oogst heb binnengehaald. ‘
De liefde voor het telen van groente en fruit en het bewerken van een stuk land heeft hij geërfd van zijn ouders. ‘Mijn moeder was een echte boerin en mijn vader was tuinder. Hard werken, maar wel heerlijk in de buitenlucht. Beiden waren kerngezond. Mijn vader is 89 geworden en mijn moeder 96. Na het overlijden van mijn vader heeft mijn moeder nog heel wat jaren zelfstandig gewoond. Toen haar gezondheid achteruit ging, ben ik haar gaan verzorgen. Behalve zoon was ik ook mantelzorger. Tien jaar lang ging ik vier keer per dag bij haar langs.’
Altviool
De combinatie van het boerenleven in de buitenlucht en muziek ligt niet voor de hand. ‘’ Och’, zegt Guus, mijn vader was ook muzikaal. ‘Hij heeft 47 jaar deel uitgemaakt van het LSO. Net als ik als alt violist.’ Piano spelen is eveneens een dagelijks terugkerende activiteit voor Guus. ‘Door het pianospelen blijven mijn vingers in beweging, waardoor ze soepel blijven. Muziek maken en spelen is bovendien goed voor het brein.’ Andere instrumenten die Guus kan bespelen, zijn orgel, gitaar en trompet.
Vissen in Belgische Ardennen
Als Guus niet aan het werk is in zijn tuin of met muziek bezig is, dan gaat hij graag vissen in de Belgische Ardennen. Lekker in de buitenlucht in een prachtige omgeving. ‘Samen met mijn vriend Leo en mijn broer trek ik eropuit. We vissen voornamelijk op forel. De plek waar we onze hengels uitgooien, wisselt een paar keer per dag. Als we op een gegeven moment merken dat de kans op vangst minimaal wordt, trekken we weer verder. Zo leggen op zo’n dag heel wat meters af.’
Paradijs
Gaan Mieke en Guus ook wel eens op vakantie? ‘Ik ben niet zo’n vakantievierder. Ik heb tijdens mijn LSO-periode heel wat gereisd. Heb veel van Europa gezien. We zijn toen zelfs naar Japan geweest. Een indrukwekkende reis. Nu hoeft het voor mij niet meer. Laat mij maar lekker in mijn tuin werken. Die tuin is voor mij het paradijs op aarde.’
Dagtrips
En jullie zijn lid van Service van Envida! ‘Ja, al 45 jaar, dus sinds we getrouwd zijn. Toen heette het nog GroeneKruis Service. Mieke en ik doen graag mee aan de dagtrips. Zo hebben we bijvoorbeeld deelgenomen aan de rondleiding bij de Hotelschool Maastricht. Ook zijn we dit voorjaar met Service van Envida naar Leuven geweest.’
Je moet niet stoppen als je ouder wordt. Je wordt ouder als je stopt! ‘Mooie spreuk en helemaal mee eens’, zegt Guus. ‘Rust is roest. Mijn gouden tip voor een gezond en vitaal leven is zo lang mogelijk in beweging blijven.’